Plastische chirurgie: de allereerste patiënten aan het woord

Cosmetische of plastische chirurgie is aardig ingeburgerd in onze maatschappij. Gespecialiseerde artsen nemen nu alles onder behandeling met de belofte om je een nieuwe look te geven. De eeuwige obsessie voor het behouden van de jeugd is een krachtige onderbewuste stimulans waar heel veel mannen en vrouwen op inspelen. Verschillende operaties, hoewel niet compleet zonder gevaar zijn routineus geworden, net zoals een tandartsbezoek.

Zoals alle medische takken was er een tijd van pioniers, wil het nu net die tijd zijn die me mateloos intrigeert. Wanneer men nu de cosmetische metamorfoses ziet kan men soms aardig onder de indruk zijn, maar hoe is men in hemelsnaam aan die discipline begonnen en waarom.

Het is misschien om best het verhaal van de interventie onderhevig te maken aan de historie van de patiënten.  Een tijdreisje naar de eerste plastische proefkonijnen…

Walter Yeo, de allereerste plastische patiënt

Deze man kreeg gedurende de eerste wereldoorlog verschrikkelijke verwondingen in zijn gezicht. Hij verloor onder andere beide oogleden terwijl hij aan boord was van een Engels schip in 1916. Zijn voorkomen was afgrijselijk en de klassieke dokters hadden geen pasklare antwoorden voor deze oorlogsheld.

In 1917 werd hij behandeld door Dr. Harold Gillies, de arts die voor het eerst huid transplantaties uitvoerde. Hij wordt nu nog aanzien als de vader van de plastische chirurgie. Zijn eerste patiënt in het Queen Mary’s Hospital in Kent was Walter Yeo.  Hij bezorgde de man een “aanvaardbaar” uiterlijk door een soort van huidmasker en nieuwe oogleden.

Timmie Jean Lindsey, de eerste vrouw met borstimplantaten

In 1962 werd deze Texaanse vrijwillig proefkonijn voor een nieuwe operationele procedure. Ze zou de eerste vrouw worden de siliconen borst implantaten kreeg. Meer dan twee miljoen vrouwen zouden haar volgen. In haar impulsieve jeugdige jaren had ze tattoos laten zetten op beide borsten. Ze besloot de tekeningen te laten verwijderen. Een jonge dokter Frank Gerow slaagde in het opzet. Bij een controlebezoek vertelde hij haar over zijn collega Dr. Thomas Cronin die een vrijwilligster zocht om borstimplantaten te ontvangen. Ze zag een dergelijke ingreep wel zitten en werd overtuigd om als eerste vrouw onder het mes te gaan voor deze plastische chirurgie in 1962.

Isabelle Dinoire, de eerste vrouw met een gedeeltelijke gezichtstransplantatie

Deze operatie is een medische procedure om bepaalde delen van het gezicht te vervangen. Deze procedure gebeurde voor het eerst in 2005 door Dr. Bernard Devauchelle en zijn collega Dr. Jean-Michel Dubernard in Amiens, Frankrijk. De patiënte was verschrikkelijk verminkt in haar gezicht door een aanval van haar eigen zwarte Labrador. De huiddonatie kwam van een overleden vrouw. In december 2007 bijna anderhalf jaar na het begin van de talrijke procedures werden de eerste resultaten vrijgegeven. De operatie werd beschouwd als geslaagd doch problematisch onder andere door heftige reacties van haar immuunsysteem. De eerste volledige gezichtstransplantatie werd verricht in Spanje in 2010.

Mevrouw Geoffre de eerst vrouw die een liposuctie onderging

Dr. Charles Dujarier een gerespecteerde Franse chirurg opereerde een jong model genaamd Geoffre in 1926. Ze was ontevreden over haar benen. De operatie was een regelrechte ramp. Druk op de operatieranden zorgden voor gangreen wat uiteindelijk zou zorgen voor een genoodzaakte amputatie ven beide benen. De knappe jongedame overleefde uiteindelijk de procedure niet.

De chirurg werd geruïneerd samen met de toekomst en de reputatie van de plastische chirurgie. De dokter werd veroordeeld tot een zeer hoge schadevergoeding. Plastische chirurgie zou het drama uiteindelijk overleven, maar vanaf dan was er steeds een toestemmingsformulier nodig en een vrijstelling van verantwoordelijkheid voor de uitvoerende arts.

William M. Spreckley, waarschijnlijk de eerste neuscorrectie patiënt

Deze Engelse soldaat kreeg een schotwonde in de neus tijdens de eerste wereldoorlog. Zijn dossier is bewaard gebleven inclusief het verslag van Dr. Harold Gillies die een neuscorrectie uitvoerde in 1917, de patiënt was toen 33 jaar oud. Hij zou volledig herstellen drie jaar later in 1920.

Waren zij de eerste patiënten?…Hoe is het idee van plastische chirurgie ontstaan? Na de confronterende beelden een toelichting op het ontstaan van de cosmetische chirurgie:

Geschiedenis

Plastische chirurgie is de operatieve behandeling om de anatomie te herstructureren voor reconstructieve of esthetische doeleinden. Het is zo oud als de beschaving zelf. De term komt eigenlijk van de Griekse “plastikos” welke het best vertaalbaar is als vorm geven. Plastische chirurgie heeft altijd een belangrijke plaats gehad in alle wereldculturen. Oude inheemse Afrikaanse en Latijns Amerikaanse stammen versierden en vervormden hun oorlellen of hun lippen, in China werden de voeten gebonden om een kunstmatig resultaat te verkrijgen, sommigen vijlden hun tanden, tatoeages en littekenvorming waren tradities bij vele volkeren. Het cultureel belang is er altijd al geweest, en vandaag nog als men zich kan baseren op de fascinatie en de cultus van het eeuwig jong zijn.

De bekendste plastische ingrepen zijn algemeen bekend zoals liposuctie, borstvolume veranderende ingrepen, haart transplantatie tot het veranderen van geslacht. Onder de norm plastische chirurgie valt ook niet invasieve ingrepen zoals het inspuiten van Botox en collageen, laserbehandelingen en chemische peeling. Het gemak van vandaag was echter niet altijd aanwezig in de oude gebruiken en culturen, en was meestal omgeven door een waas van magie en mysterie.

Het Faraonistische Egypte, plastische chirurgie om de doden te herkennen

Vreemd genoeg beoefenden de oude Egyptenaren niet zoveel plastische chirurgie op de levenden maar des te meer op hun doden. Overleden heersers werden “bijgewerkt” om er jonger en sterker uit te zien. Zo kreeg het lijk van Ramses II een neuscorrectie omdat men in het dodenrijk zijn meest opvallend kenmerk zou herkennen. Verschillende Nijlprinsessen kregen verbanden ingeplant na hun dood op eenzelfde manier zoals wij nu siliconen gebruiken. Een mogelijke verklaring waarom de Egyptenaren geen esthetische chirurgie uitvoerden op de levenden, kan een verklaring hebben in het Egyptische geloof dat een gezicht hetzelfde zou zijn in het hiernamaals.

Het oude India, bakermat van de plastische chirurgie

Het oudste schriftelijk bewijs voor het beoefenen van plastische chirurgie werd gevonden in Sanskriet manuscripten. Deze teksten beschrijven de procedures om oren en neuzen te corrigeren die werden verwijderd of beschadigd door gewelddadige conflicten. In de Sushruta Samhita beschrijft de Hindoe chirurg het procedé van de “aangenaaide flap” dit in 600 v. C. Er werd donorhuid gehaald uit de kin of kaak die werd aangenaaid over de getroffen plaats in de vorm van een neus inclusief kleine buisjes die de neusvleugels nabootsten. Dit zou de geschiedenis ingaan als de Indiaanse rhinoplastie.

Het groot Romeinse Rijk, snijden en baden

Tijdens de eerste eeuw voor Christus waren de Romeinen geperfectioneerd in de plastische chirurgie. De Romeinse cultuur was een ode aan een mooi lichaam en de schoonheid in het algemeen. Iedere lichamelijke afwijking werd met argwaan bekeken en publiekelijk veroordeeld. Er was een grote nijverheid in het verwijderen van littekens opgelopen tijdens de vele militaire conflicten. Vooral littekens of striemen op de rug werden verwijderd, omdat dit werd aanzien als het teken van een slaaf. Het verwijderen van brandmerken door ex-slaven was zeer populair. De intellectuele Galen schreef meer dan 600 boeken over rhinoplastie, slechts 20 werden bewaard.

De middeleeuwen: het verval van de plastische chirurgie

Vreemd genoeg kwam er een afkeer voor plastische chirurgie tijdens de middeleeuwen. Het gebruik werd gezien als heidens en een zonde door de verspilling van het bloed gegeven door God. Velen associeerden het eveneens met magische en obscure rituelen. Een enkel lichtpuntje was de toenemende belangstelling voor tandheelkunde.

De Renaissance: kleine heropleving

Vertalingen van Galen vonden hun weg terug in de westerse cultuur via de kruisvaarders die buitgemaakte Arabische teksten meebrachten. De plastische chirurgie kende een heropleving en werd meestal verricht in kapperszaken. De ingrepen waren amateuristisch terwijl ze in India al op een heel hoog niveau stonden.

Een tektonische ridder: Heinrich von Pfalspaint kwam in het bezit van een soort van geheime handleiding om een neuscorrectie uit te voeren. Enkel kapitaalkrachtige mensen waren in staat om bekwame chirurgijns te vinden, de rust was niet meer dan amateuristisch geklungel, met soms afschuwelijke resultaten, als men weet dat men in vele gevallen varkenshuid gebruikte als donormateriaal.

De Italiaan Gasparo Tagliacozzi (1546-1599) zou hierin verandering brengen. Met zijn boek “De curtorum chirugiau” vestigde hij zijn naam als grondlegger van de moderne plastische chirurgie in Europa in 1597. Hij experimenteerde vaak met huidtransplantaties genomen uit een ander lichaamsdeel. De vele militaire conflicten, syfilis, en duellen zorgden ervoor dat hij hele veel patiënten had. Hij was de grondlegger van de huidrelocatie, subcutane inplantingen en vasculaire remedies om de wonden te bedekken.  Hij was de man die eens en voor altijd de vooroordelen van de plastische chirurgie als zijnde een duivels ritueel uit de wereld hielp. Hij was ook de eerste die het verband zag tussen psychische gemoedsrust en een beter fysisch voorkomen. Ondanks zijn memorabele pogingen bleef het toch een riskante onderneming. Vele plastische neuzen vielen gewoon af. Vooral vrouwen die een esthetische ingreep ondergingen waren achteraf nog niet bepaald van de mooiste. Zijn werk werd grotendeels te niet gedaan door kerkelijke autoriteiten die zich met alle macht verzetten tegen deze nieuwe medische tak.

De verlichte neus

Deze bizarre naam werd gegeven aan een tijdperk rond 1794 toen Britse chirurgen aanschouwden hoe een Indische man een neus construeerden van een ex-gevangene die was ontsnapt uit een Islamitische gevangenis waar zijn neus werd afgesneden. De Britten bestudeerden de ingreep en propageerden het terug in Engeland, de interesse was in een mum van tijd gegroeid in deze techniek.

Dr. Karl Ferdinand Graefe (1787-1840) was de eerste die de term plastische chirurgie gebruikte in zijn publicatie van 1818 “Rhinoplastik”. Om de nog steeds religieuze vooroordelen weg te nemen gaf hij de nieuwe wetenschap onmiddellijk ook een wetenschappelijke naam: rhinoplastie. Ook in de Verenigde Staten waren er baanbrekende chirurgen die probeerden de ingreep aanvaardbaar te maken, ook daar werd een dam opgeworpen van religieuze absurditeit, onder het motto dat een creatie van god niet mocht gewijzigd worden door mensen. De godsdienst heeft zo ongeveer 350 jaar lang de ontwikkeling van de plastische chirurgie gesaboteerd.

De wereldoorlogen en de finale doorbraak

Beide oorlogen hadden een enorme impact op de ontwikkeling van de esthetische chirurgie. Men had dit al kunnen waarnemen in de periode voor deze wereldbranden namelijk tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog. Niet alleen waren er door de nieuwe militaire uitvindingen veel meer slachtoffers, ook bij de burgerbevolking, maar het aantal verwondingen in het gezicht was spectaculair toegenomen. Dr. Harold Delf Gilles was de man die een eerste veldhospitaal inrichtte bij gewapende conflicten gespecialiseerd in reconstructieve chirurgie.

Ondanks grote vooruitgang na de eerste wereldoorlog waren er nog geen criteria vastgelegd voor de nieuwe wetenschap mede dankzij de Victoriaanse afkeuring van esthetische normen. Iedere dokter kon plastische chirurgie toepassen, velen onder hen waren onbekwaam en de resultaten waren er dan ook naar. Een plastisch chirurg werd algauw geassocieerd met een kwakzalver. Het waren de Amerikanen die eerst een associatie oprichten van erkende plastische chirurgen in 1931. Dit opende de deur naar definitieve internationale erkenning van het beroep en bescherming van de titel Plastisch Chirurg.

De gruwel van de tweede wereldoorlog zou de grenzen van de plastische chirurgie definitief openbreken en kleine mirakels werden verricht zoals de reconstructie van ledematen, huidtransplantaties, microchirurgie en weefselkennis. Na de tweede wereldoorlog zou de plastische chirurgie niet alleen gecommercialiseerd worden maar vooral gepopulariseerd. Dankzij bepaalde sociologische opgedrongen ideaalbeelden, zou het een zeer hoge vlucht nemen en is het vandaag nog één van de meest bedrijvige takken van de medische chirurgie.

De toekomst

Het is duidelijk dat het ideaal beeld nog steeds wordt nagestreefd door een groot deel van de wereldbevolking, over dit ideaal beeld kan terecht de nodige vraagtekens worden geplaatst, doch deze discussie zal ik bewust niet behandelen in dit artikel.

De prothetische applicaties zijn vandaag hoogtechnologisch en leunen heel dicht aan bij cybernetica en robotica. De eerste prototypes zijn kwalitatief hoogstaand en kunnen mindervaliden mensen helpen om normaal te functioneren in de maatschappij en in hun privéleven en vooral hun eigenwaarde op te krikken. Deze evolutie is nog ver van een eindpunt, toekomstig zal er een era aanbreken waarin artificiële ledematen en lichaamsdelen zelfs niet meer te onderscheiden zijn van natuurlijke.

We staan op de kiemgrond van totaal nieuwe ontdekkingsvelden zoals nanotechnologie, regeneratieve technieken zoals zelfherstellende huid, klonen van bepaalde organen tot zelfs volledig creatie van een nieuw fysiek voorkomen.

Bedenking

Dit punt in onze medische geschiedenis zouden we vandaag niet hebben bereikt zonder de visie van visionaire mensen zoals om er maar één te noemen Vesalius en de talloze quasi historisch onopgemerkte dokters die een toekomstvisie voor ogen hadden. Misschien gaat het meeste krediet nog naar de eerste patiënten die het hebben aangedurfd om te geloven in een betere toekomst voor zichzelf en de wereld.

Het blijft uiteraard een ethisch en moreel beladen onderwerp. Het occasioneel falen van deze wetenschap wordt breed uitgesmeerd in de media, doch het is ook een verhaal met ontelbare kleine successen waarbij mensen zich hebben heruitgevonden om tot een comfortabel en vooral meer gelukkig leven te vinden.

De zin- en onzin van plastische chirurgie is een lijvige discussie op zich. Het is vooral belangrijk om de patiënt voldoende te informeren, dus ook op de eventuele risico’s en voldoende respect te hebben voor de patiënt om deze in alle sereniteit en vrijheid te laten beslissen of hij de ingreep nodig acht of niet. Het feit is dat de wetenschap vandaag in staat is om deze dingen te doen, de rest is een kwestie van gezond verstand.

© Thalmaray

 

Leave a Comment